Trompe-l'oeil is een schilder techniek die bedrieglijk realistisch aandoet. Het woord trompe-l'oeil is Frans en betekent letterlijk bedrieg het oog, of gezichtsbedrog.
Toepassingen
Over het algemeen wordt het in stillevens toegepast, maar ook in muurschilderingen, om bijvoorbeeld de echte aanwezigheid van pilaren of standbeelden te suggereren. In plafondschilderingen kan met deze techniek gesuggereerd worden, dat er bijvoorbeeld een koepel op de ruimte aanwezig is. Een specifieke vorm van de trompe-l'oeil is de anamorfose.
Door het zeer nauwkeurig schilderen van de vormen en vooral de schaduwen van de voorwerpen wordt een sterke illusie bereikt. De belichting moet dan strikt overeenkomen met de belichting, die van nature in de ruimte aanwezig is. Waarschijnlijk zal het schilderen van bijvoorbeeld nepzuilen als versiering goedkoper zijn geweest dan het aanbrengen van feitelijk marmeren zuilen.
Geschiedenis
De Romeinen gebruikten deze techniek al door op muurschilderingen door kijkers naar bijvoorbeeld een tuin te schilderen. Voorbeelden hiervan zijn overgebleven in Pompeii.
In de Renaissance werd de techniek geperfectioneerd, en werd in kloosters, kerken of andere ruimtes bijvoorbeeld een extra deur of raam gesuggereerd. Daarmee werd de ruimtelijkheid vergroot. Wat dit betreft lijkt de techniek wel wat op het gebruik van spiegels om een ruimte groter te laten lijken.
De techniek werd echter ook gebruikt voor kleine stillevens, bijvoorbeeld met als onderwerp memento mori.
Vandaag de dag worden huizenhoge muurschilderingen in trompe-l'oeil gerealiseerd op kale muur vlakken, zoals in Cannes. Zelfs vrachtwagens worden zo beschilderd dat men de indruk krijgt erin te kunnen kijken.
Bron: wikipedia.